De hondenbelasting bestaat al sinds de middeleeuwen en werd in het verleden geheven in verband met zwerfhonden en hondsdolheid, en als vorm van transportbelasting toen honden nog werden gebruikt om een kar te trekken. De belasting was al langer omstreden, omdat er tegenwoordig geen sprake meer is van een duidelijke tegenprestatie. “Daardoor draagt een bepaalde groep inwoners éxtra bij aan de algemene middelen van de gemeente, alleen door de toevallige omstandigheid dat ze een hond hebben”, aldus VVD-raadslid Hugo Bellaart.
Hondenbelasting afgeschaft op initiatief van de VVD
De VVD heeft bij de behandeling van de begroting voor 2019 voorgesteld de hondenbelasting af te schaffen. Het voorstel kreeg een ruime meerderheid, waarmee de belasting vanaf volgend jaar al verleden tijd is.
Het houden van een hond levert bovendien een positieve bijdrage als het gaat om eenzaamheid en veiligheid, terwijl het regelmatig uitlaten bijdraagt aan de sociale cohesie in de buurt. De verplichtingen die horen bij het houden van een hond, zoals de aanlijn- en opruimplicht blijven uiteraard wel gewoon bestaan.
De VVD had de afschaffing in haar verkiezingsprogramma opgenomen en bij de vorming van het college waren er afspraken over gemaakt. Bij de begroting bleek echter dat het college nog even had willen wachten met de afschaffing. De VVD stelde echter een aantal uitgaven ter discussie waardoor de hondenbelasting toch al per 2019 kon worden afgeschaft.